ZONH

Arianne Baak en Ingrid Bergman over krachtige basiszorg: “Als huisarts weet je niet altijd bij welke hulpverleners een patiënt allemaal in beeld is."

In navolging van succesvolle pilots in Amsterdam en Utrecht is nu ook de gemeente Haarlem in de regio’s Oost en Schalkwijk met begeleiding van ZONH gestart met Krachtige Basiszorg. Krachtige Basiszorg gaat uit van een nieuwe manier van zorg organiseren op de juiste plek, gericht op bewoners met hoge gezondheidsrisico’s en problematiek op meerdere leefdomeinen. Vooral in wijken waar veel mensen wonen met een lage sociaaleconomische status (SES) moet worden gekeken hoe het aanbod van zorgondersteuning vanuit verschillende disciplines en domeinen op elkaar afgestemd kan worden.

Verschillende loketten
Arianne Baak is één van de huisartsen werkzaam in het gezondheidscentrum Schalkwijk met veel patiënten met een lage SES. “Wij hebben interne projecten om mensen te begeleiden en te helpen, maar dat blijkt niet effectief genoeg, omdat de samenwerking met externe partijen buiten het gezondheidscentrum om achterblijft.” Arianne is enthousiast over de nieuwe methode die Krachtige Basiszorg voorstaat. “Als huisarts weet je niet altijd bij welke hulpverleners een patiënt allemaal in beeld is. Daarnaast merk ik ook dat ik vaak doorverwijs naar de sociale wijkteams, maar de verdere afstemming en samenwerking met de wijkteams blijft achter. Als je samen kunt optrekken ben je effectiever. Daarnaast wordt het ook duidelijker voor een patiënt hoe de zorg wordt georganiseerd. Niet meer vanuit verschillende loketten, maar vanuit schakels die goed op elkaar aangesloten zijn.”
“Onze interne projecten om mensen te begeleiden blijken nog niet effectief genoeg, omdat de samenwerking met externe partijen achterblijft”
Huisarts Ingrid Bergman, werkzaam als huisarts in de HOED Leonard Springer in Haarlem-Oost vindt ook dat samenwerking met andere domeinen verbeterd moet worden. “Mijn samenwerking met de lokale wijkverpleging is bijvoorbeeld goed, omdat we overleggen op medisch inhoudelijke vlakken. Op het maatschappelijke domein is voor mij nog veel te winnen. Onderwerpen zoals schuldhulpverlening, daarop kan samenwerking verstevigd worden aan de hand van dit project.”
“Schuldhulpverlening, daar valt voor mij nog veel te winnen. Gelukkig kan de samenwerking verstevigd worden door het project krachtige basiszorg”
Oorzaak en afstemming
In de wijk Schalkwijk wonen 32.000 inwoners, waarvan ruim 50% met een lage SES. Dat vraagt om een andere manier van zorg toepassen. Arianne: “Als een patiënt moeite heeft met het vinden van huisvesting, dan kun je daar als huisarts niet veel aan veranderen. Tegelijkertijd kan dit probleem wel veel stress opleveren dat zich uit in de lichamelijke gezondheid. Als huisarts kun je de lichamelijke en geestelijke problematiek eigenlijk niet behandelen als de oorzaak (vaak psychosociale problematiek) van deze klachten blijft bestaan. Als het vinden van huisvesting bijvoorbeeld een heet hangijzer blijft, kunnen de lichamelijke klachten terugkeren. Je pakt het probleem niet aan bij de bron. Als huisarts is het prettig om te weten wie allemaal betrokken is bij de patiënt en dan met elkaar om tafel te gaan zitten. Zo kunnen we het grootste probleem achterhalen en vervolgens ook afstemmen met elkaar welke hulpverlener deze problematiek aanpakt. Het idee van de pilots in de vier grote steden is om praktijken kleiner te maken en meer personeel aan te trekken, zodat je tijd hebt om een inventarisatie te doen en samen te werken. Hopelijk kan dit in de toekomst in Haarlem ook.”
“Als huisarts is het prettig om te weten wie er allemaal betrokken is bij de patiënt. Zo kunnen we het grootste probleem achterhalen en afstemmen welke hulpverlener de problematiek aanpakt”
Ingrid Bergman herkent die uitdagingen. “In mijn praktijk is veel problematiek waarbij meerdere domeinen betrokken zijn, niet alleen op het gebied van lichamelijke gezondheid. Financiële uitdagingen, problemen met werk en huisvestingsvraagstukken kunnen hun weerslag hebben op de menselijke gezondheid. Soms schrijf ik als huisarts een medicijn voor of verwijs ik door naar een medisch specialist, terwijl ik op voorhand al weet dat dit het probleem niet gaat oplossen. Dan heb je als huisarts eigenlijk niet voldoende te bieden.”

Eigen manier
Onlangs hebben de betrokken huisartsen uit Schalkwijk en Haarlem Oost een tour gemaakt langs huisartsenpraktijken in Amsterdam die reeds bezig zijn met de pilot. “Het was heel interessant om te zien hoe zij invulling aan deze pilot geven. Deze praktijken hebben zich vooral gericht op het verstevigen van relaties in de wijk, bijvoorbeeld door eens per week te lunchen met partners uit het sociaal domein. Je ziet ook dat elke praktijk de pilot op een eigen manier vormgeeft. Je leert van elkaar, maar moet tegelijkertijd ook kijken wat bij jouw wijk en jouw patiëntenpopulatie past.” Ingrid vult aan: “Je kunt hun methodes niet 1-op-1 kopiëren. De huisartsen in Haarlem zijn op een andere manier georganiseerd. Dat vraagt om goede afstemming.”
“Het was interessant om te zien hoe de Amsterdamse praktijken invulling geven aan deze pilot. Je ziet dat elke praktijk de pilot op haar eigen manier vormgeeft.”
Om tafel
De eerste stappen op weg naar de implementatie van het project zijn gezet. “We zitten inmiddels om tafel met de partijen die ertoe doen. Afgevaardigden van het sociaal wijkteam, huisartsen, gemeente Haarlem, fysiotherapeuten die ook psychisch somatisch werken. We willen nu praktische afspraken met elkaar gaan maken. Hoe gaan we per wijk samenwerkingen. Er ligt bijvoorbeeld nog geen vast omlijnd protocol. Ons doel is om breder te gaan samenwerken met sociale wijkteams. Dan is het ook belangrijk te inventariseren wat je daarvoor nodig hebt. Zo is het voor ons een wens om scholing te krijgen vanuit Utrecht Overvecht, waar de pilot succesvol is gebleken. Mooi zou zijn als we leren om op een uniforme manier samen te werken. Ons volgende werkbezoek is dan ook gepland naar Utrecht.”

Bestuurlijke aanpak
De vorderingen verlopen nog niet zo snel als de huisartsen zouden willen. Arianne: “We volgen nu een bestuurlijke aanpak. We hebben ondersteuningsgelden verworven vanuit Zilveren Kruis en ZONH zorgt voor de procesbegeleiding. Dat is goed, want we hebben een partij nodig die helpt om de plannen op papier te zetten, de contacten met gemeenten legt en die het traject coördineert. Dat is voor ons waardevol en noodzakelijk. Tegelijkertijd komt met de grootheid van het project ook de vertraging. Desondanks vind ik het een goede zaak dat we de pilot grondig aanpakken. Zo staat het onderwerp stevig op de agenda en zorgen we dat het duurzaam wordt geïmplementeerd en geborgd.”
“ZONH zorgt voor de procesbegeleiding. Dat is goed, want wij hebben een partij nodig die onze plannen op papier kan zetten, contacten met de gemeente legt en het traject coördineert.”
Ingrid: “De ondersteuning vanuit ZONH op dit dossier vind ik verfrissend. Wij hebben als dokters een heel andere manier van kijken naar problematiek. Het is goed om eens uit dat denkpatroon gehaald te worden door iemand die scherpte aanbrengt.”

Differentiëren
Ingrid: “Ik hoop dat ik door Krachtige Basiszorg patiënten die in de categorie met een lage SES vallen, wat meer te bieden heb. Dat we de gezondheid effectiever weten te verbeteren door goede samenwerking. Dat komt de patiënten ten goede en geeft mij ook het gevoel dat ik als huisarts mijn werk beter kan uitvoeren. Het is fijn als je handen en voeten kunt geven aan beleid bij dit type mensen, zodat ze minder vaak terugkomen, waardoor uiteindelijk ook de druk op de praktijk vermindert.”
“De ondersteuning vanuit ZONH is verfrissend. Ik hoop dat ik door het project de gezondheid van mijn patiënten effectief weet te verbeteren, zodat ze minder vaak terugkomen en de druk op de praktijk vermindert.”
Arianne: “Ik hoop dat we op de lange termijn kunnen gaan differentiëren tussen patiënten die een andere aanpak nodig hebben. Nu draaien we te vaak in cirkels omdat de hulp niet gecoördineerd wordt aangeboden. Het zou mooi zijn als je de praktijk kleiner kunt maken en daardoor meer tijd hebt voor patiënten. En natuurlijk hoop ik dat er zo veel mogelijk partijen aansluiten, waardoor we de impact groter kunnen maken.”